Afgelopen jaar is het bedrag aan achterstallige alimentatie in België opgelopen tot 432 miljoen euro. Vlotte betalingen van alimentatie blijken weinig evident. Een grote ongelijkheid, wanneer je weet dat de onderhoudsgerechtigde in 95 procent van de gevallen de moeder van het kind is.

DAVO

DAVO, ofwel de dienst voor alimentatievorderingen, betaalt voorschotten op onderhoudsgeld en vordert het onderhoudsgeld in. Alleenstaande ouders kunnen via DAVO voorschotten ontvangen wanneer de ex-partner het geld niet of te laat betaald – tenzij hun inkomen te hoog is. Wanneer de alleenstaande ouder meer dan 1800 euro netto maandelijkse bestaansmiddelen heeft (verhoogd met 66 euro per kind ten laste), kan zij/hij niet bij DAVO terecht. Wel kan DAVO dan nog steeds tussenkomen voor de invordering van de achterstallen.

Oplossingen

Allereerst dient de oorzaak van het probleem te worden aangepakt. Mensen die niet betalen, zien hun kinderen vaak niet meer. Het vaderschap moet meer ondersteund worden. Een van de oplossingen hiervoor is de omvorming van het ouderschapsverlof. Momenteel neemt 7 op de 10 vaders geen ouderschapsverlof. zij-kant pleit daarom voor een aanpassing van de modaliteiten van het vaderschapsverlof naar Zweeds model waarbij vaders worden aangesproken op hun verantwoordelijkheid. Zo krijgen kersverse ouders in Zweden samen 480 dagen verlof. Hiervan zijn er 90 dagen exclusief gereserveerd voor de moeder en 90 dagen exclusief gereserveerd voor de vader of meeouder. Over de rest van het verlof beslissen beide ouders samen.

Ook pleit zij-kant ervoor om de inkomensgrens voor het krijgen van voorschotten op onderhoudsgeld opnieuw op te trekken. Dankzij Magda de Meyer en haar sp.a-collega’s Karin Jiroflée, Maya Detiège en Dalila Douifi werd deze inkomensgrens enkele jaren geleden reeds opgetrokken van 1.386 euro netto maandelijkse bestaansmiddelen naar 1.800 euro (verhoogd met 66 euro per kind ten laste). Dit is echter nog steeds te weinig. Te veel alleenstaande ouders die geen onderhoudsgeld krijgen moeten zeer creatief zijn om rond te komen op het einde van de maand.