We lezen het overal: mannen en vrouwen zitten fundamenteel anders in elkaar. Ook al laten we onze zonen met poppen spelen en geven we onze dochters alleen nog autootjes cadeau, ze zullen fundamenteel verschillend blijven. Het glazen plafond is allang gebroken, maar vrouwen voelen zich eronder gewoon comfortabeler. Ontelbare boeken, tijdschriften en zelfs wetenschappelijke artikels bevestigen dat genderverschillen ingebakken zitten in de hersenen. En dus moeten feministen zich er maar bij neerleggen. Of toch niet?In het ophefmakende boek ‘Waarom we allemaal van Mars komen’ veegt Cordelia Fine alle vooroordelen over man-vrouwverschillen van tafel.
Gewapend met een bijtend gevoel voor humor rekent Fine af met slecht uitgevoerd onderzoek naar sekseverschillen en laat ze geen spaander heel van de hardnekkige mythe dat mannen van Mars komen en vrouwen van Venus. Mannen en vrouwen zijn wel degelijk verschillend, maar alleen omdat de wetenschappelijke wereld zelf bol staat van de vooroordelen en daardoor – bewust of onbewust – bestaande stereotypes bestendigt. Dankzij dit boek kunnen we de mythes uit de oertijd eindelijk verruilen voor moderne inzichten: dat mensen wel degelijk flexibel genoeg zijn om nieuw gedrag aan te leren. De conclusie? Mannen en vrouwen verschillen niet omdat ze een ander stel hersenen hebben, maar vooral omdat de ‘neuroseksistische’ wetenschap ons dat al die jaren heeft ingepeperd.

Grappig én gepassioneerd, dit is zeker het boek over mannen en vrouwen dat je moet gelezen hebben!

 

 

 

 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.