Slechts een van de elf Vlaamse vertegenwoordigers in het buitenland is een vrouw. Onder de 57 posthoofden van Flanders Investment and Trade (F.I.T.) tellen we 13 vrouwen. België kende in 2010 net geen 10% vrouwelijke ambassadeurs en consul-generaals. Vlaanderen en België zenden vooral hun zonen uit. De dochters blijven (voorlopig) thuis. Dat blijkt uit cijfers die Vlaams minister-president Kris Peeters op vraag van Vlaams parlementslid Jan Roegiers (sp.a) vrijgaf.

Jan Roegiers stelt vast dat er binnen het Vlaamse ambtenarenkorps een groot onevenwicht tussen vrouwen en mannen blijft bestaan. Dit onevenwicht is het sterkst in de buitenlandse vertegenwoordiging van onze regio. Hij vraagt daarom of er geen quota voor deze functies opgesteld moeten worden, in analogie met de quota voor managementfuncties (33%) binnen de administratie.

zij-kant is blij dat dit onevenwicht aan de kaak gesteld wordt. De minister-president beseft ook dat er werk aan de winkel is. Er stellen zich nog te weinig vrouwen kandidaat voor deze functies. Bovendien vergt het enige tijd om het historische onevenwicht tussen vrouwen en mannen in de buitenlandse posten te herstellen. Hij belooft daarom een aantal maatregelen binnen de Vlaamse vertegenwoordiging in het buitenland door te voeren.

Zo moeten vrouwen vlotter kunnen doorstromen naar het middelmanagement. Ze zullen meer aangespoord worden om een diplomatieke carrière uit te bouwen. En wanneer een selectieprocedure zowel een mannelijke als een vrouwelijke kandidaat oplevert, zal positieve discriminatie toegepast worden.

We zijn benieuwd of deze maatregelen verandering kunnen brengen. In ieder geval kan een echte democratie niet door een ‘old boys network’ vertegenwoordigd blijven worden.